Joost Pim posted on augustus 07, 2017 15:37

Het
historisch landschap tussen Bos van Aa en Kollintenbos is, samen met het omwald
gedeelte van Bos van Aa, eigendom van Waterwegen en Zeekanaal (W&Z). Het beheer
van het omwald gedeelte van het Bos van Aa (zijnde de vroegere zandgroeven) is
in 2013 overgedragen aan Natuurpunt. Voor het beheer van het historisch
landschap in de buurt, dat nu grotendeels worden bewerkt als landbouwgrond,
mogen plaatselijke landbouwers dit beheer op zich nemen. De landbouwers krijgen hiervoor de steun van
het agrobeheercentrum Eco². Doordat het
Bos van Aa Europees beschermd is moeten er bepaalde “natuurdoelstellingen”
behaald worden en daarvoor is een specifiek beheer noodzakelijk. Hiervoor heeft Natuurpunt in samenspraak met
W&Z, het Agrobeheercentrum Eco² en ANB een beheerplan opgemaakt voor dit
gebied. Aan de hand daarvan weten de
landbouwers welke werkzaamheden op welk perceel uitgevoerd mogen en moeten
worden.
Lokale landbouwers
ingeschakeld voor natuurbeheer
De doelstellingen die gerealiseerd moeten worden gaan vooral
over extensief graslandbeheer, aanleg van poelen voor de kamsalamander en
aanleg van kleine landschapselementen .De beheerwerken worden zoveel mogelijk
uitgevoerd door lokale landbouwers. Het beheerplan en de ondersteuning vanuit
het Agrobeheercentrum Eco² zijn hier de leidraad. “We
merken wel dat door de specifieke voorwaarden heel wat van deze werken niet
rendabel zijn en dat er dus naar ondersteuning gezocht moet worden. Gelukkig kunnen we hiervoor beroep doen op
ondersteuning vanuit de overheid en de gemeente” zegt Mathias D’Hooghe van
het Agrobeheercentrum Eco². Zo werd er
in 2015 een investeringssubsidie natuur goedgekeurd waarbij het Agentschap voor
Natuur en Bos financiële ondersteuning geeft voor inrichtingswerken en
beheerwerken in het gebied gepland van 2015 tot en met 2017.
Sinds 2015 zijn er
vijf percelen met een totale oppervlakte van 7.5 ha in beheer volgens het
beheerplan. Binnen de groep werden drie
plaatselijke landbouwers aangesteld die het beheer van de percelen op zich
nemen. Twee van de percelen werden
omgevormd van akkerland naar grasland. Alles
wordt gemaaid volgens een afgesproken maaischema. Een aantal percelen worden uitgemijnd. Dit
wil zeggen dat men de grond zoveel mogelijk verschraalt en vooral het fosofor
gehalte probeert te verlagen. Op lange
termijn zullen zich hier extensieve graslanden ontwikkelen zoals glanshaverhooilanden en
dotterbloemgraslanden. De andere
percelen zijn momenteel nog in landbouwgebruik.
De landbouwers zullen deze percelen tot hun pensioen of 70 jaar kunnen
bewerken.
Om deze graslanden nog beter geschikt te maken voor de
daarop rustende natuurdoelstellingen werd er in samenspraak met natuurbeheerders
en de landbouwers enkele kleine en 2 grote houtkanten aangeplant. Er werd gekozen om met inheemse soorten zoals
hazelaar, meidoorn, Sleedoorn, liguster, sporkehout en veldesdoorn te werken. Recent werden er ook 2 poelen
gegraven voor de kamsalamander.
Meerwaarde van het
project investeringssubsidie natuur.
Dit project gaf ons de kans om samen met lokale landbouwers in te
zetten op het realiseren van Natura 2000-doelstellingen en de landbouwers te
vergoeden voor de werkzaamheden die hiervoor noodzakelijk zijn. We kregen heel wat positieve reacties op deze
manier van samenwerken en hopen in de toekomst een positief vervolg te kunnen
breien aan dit verhaal. Vanuit het
agrobeheercentrum zien we in een aantal specifieke gevallen en onder bepaalde voorwaarden
voordelen om landbouwers te betrekken bij het realiseren van Natura
2000-doelstellingen. Om dit verhaal tot
een succes te maken is een degelijke begeleiding, goede samenwerking met alle
betrokken actoren, bereidwilligheid van landbouwers om mee te werken en een
economische onderbouwing van de werkzaamheden van groot belang.



Foto van de gegraven poel (Foto: Wiske Teugels)